Nieuwe Feiten 🇧🇪

_id 68f0e9faa9ca4362dae8653e
datetime 2025-10-16 00:00:00
url https://www.vrt.be/vrtmax/luister/radio/n/nieuwe-feiten~11-9/nieuwe-feiten~11-35046-0/fragment~d01c5e65-80bc-41e1-9297-fb4fd9283789/

 

Statements

idx statement score
0 Nieuwe feiten De meeste mensen overschatten zichzelf, dat is nog maar eens gebleken uit een nieuw experiment met schakers deze keer. 55.03
3 Dag Tom, je bent professor cognitieve psychologie aan de Universiteit van Leuven. 7.3
4 Het was zelfs een ontbreekwoord, een paar weken gereden, ik weet niet of je het mee hebt gekregen. 3.59
9 Dat zijn allemaal mensen met uitgesproken meningen over iets waar ze nauwelijks verstand van hebben. 3.95
10 Anders gezegd, ze zitten in een beginnersbubbel, dat wordt ook wel eens gezegd. 4.5
11 Mensen die iets weten over iets en dan al heel snel denken, ik weet alles. 4.34
13 Want ja, Tom, het is zo dat mensen niet weten wat ze niet weten. 4.52
18 Maar nog meer, hoe minder je weet, hoe meer je er last van lijkt te hebben. 4.1
22 Dat is een wetenschappelijke term voor de vaststelling dat mensen zich zelf overschatten, maar dat ze dat nog meer doen, naarmate ze minder weten over iets. 9.03
23 Dunning en Kruger hebben daar ooit de ingenieur-nobelprijs voor gekregen. 13.73
25 Wat normaal bewijst hoe belangrijk de ignobelprijs ook is. 10.78
26 Wie expertise mist, mist de expertise om te weten dat die expertise mist. 8.58
30 Ja, de reden was, er is dus heel veel van dat onderzoek over zelfoverschatting. 8.78
31 Een ander voorbeeld is als je aan een random steekproef van Amerikanen vraagt of ze in staat zouden zijn om een lijnvliegtuig veilig aan de grond te zetten met hulp van de controletoren als de piloot het zou laten afweetsen. 59.09
33 Het zijn Amerikanen, maar toch, de helft denkt dat ze daar wel in zouden slagen. 9.8
34 Of zouden kunnen slagen, wat een compleet luchtgegrepen idee is. 4.17
37 Maar was het idee, heel veel van dat onderzoek naar zelfoverschatting, dat gebeurt ook in contexten waar het eigenlijk heel moeilijk is om je kennis goed in te schatten. 5.43
38 Situaties waar je eigenlijk niet goed weet van, ja, waar zou ik me moeten situeren? 4.64
39 Mensen hebben nooit met een lijnvliegtuig proberen vliegen. 67.35
40 Dus ja, dat zijn situaties waarin het ook niet zo evident is om een goede inschatting te maken. 3.98
41 En dus het idee was, misschien is dat eigenlijk geen cognitieve bias, geen psychologische afwijking, maar gewoon het gevolg van het feit dat mensen in omstandigheden zitten waarin het gewoon heel moeilijk is. 5.68
42 Ja, ze tasten in het duister, maar die schakers tasten niet in het duister. 8.87
43 Die schakers tasten helemaal niet in het duister, inderdaad. 7.66
44 Als je een beetje een fatsoenlijke schaker bent, dan speel je regelmatig partijen. 4.72
46 Dus je krijgt voortdurend feedback over hoe goed je bent. 4.17
47 En bovendien, schakers die hebben daar een heel mooi ratingssysteem voor. 4.62
48 Het LO-ratingsysteem of ELO-ratingsysteem, over de juiste uitspraak is wat discussie. 9.22
51 Alle schakers hebben een score die in principe vrij nauwkeurig aangeeft wat hun niveau is. 6.22
52 En wat de kans is dat ze tegen een andere speler met een vergelijkbare of een hogere of lagere score zouden winnen. 4.47
55 Ze hebben aan een hoop schakers, meer dan 2000, gevraagd om enerzijds te rapporteren wat hun eigen score is. 6.92
57 Schakers zijn perfect op de hoogte van wat hun officiële ranking is. 5.4
58 Maar ook om in te schatten wat hun score zou moeten zijn om accuraat hun vaardigheid weer te geven. 4.29
59 En om dan ook nog eens te voorspellen, stel dat ze een serietje van tien partijen zouden spelen tegen een tegenstander. 5.77
60 Met ofwel een gelijkaardige score als dat ze zelf werkelijk op dit moment hebben. 4.44
63 Om in te schatten hoeveel van die partijen ze zouden winnen. 4.29
64 En wat blijkt, die schakers die vinden allemaal dat hun ranking eigenlijk een beetje te laag is. 5.94
65 Dat hun werkelijke vaardigheid een beetje hoger ligt. 3.92
66 Dat ze eigenlijk 90 punten meer zouden moeten hebben. 5.05
67 Ja, en dat ze dus kunnen winnen van iemand die veel hoger staat op die ranking. 4.84
68 Dat ze zouden kunnen winnen van iemand die wat hoger staat. 4.31
69 Of omgekeerd, als ze zouden een partij moeten spelen tegen iemand met dezelfde ranking als ze zelf. 4.99
70 Dat ze eigenlijk twee van de drie keer zouden winnen. 7.57
71 En dat ze dus ook zo'n serie van tien partijen, dat ze daar als spinnaar zouden uitkomen. 5.01
74 Nu, het andere punt is dat uit die studie ook bleek dat dat Dunning-Kruger effect daar ook op treedt. 45.66
75 Ze hadden in die sample van meer dan 2000 schakers een grote diversiteit aan beginners. 9.61
76 Niet zo'n hele goede schakers tot iemand die ergens op de twintigste plaats op de wereldranglijst staat. 4.55
79 Wel, het blijkt dat die mate van zelfoverschatting afneemt naarmate mensen hoger staan op je ranking. 13.78
80 En dus de allerbeste schakers, die schatten zichzelf heel erg accuraat in. 3.97
82 Ja, dus hoe lager, hoe minder je kunt, hoe meer je denkt dat je kunt. 4.2
84 Ook bij het schaken zo blijkt, ook al is er een objectieve score. 8.82
88 Het blijkt iets algemeen menselijks en wellicht heeft het te maken met het feit hoe wij dagdagelijks geneigd zijn om onze eigen successen en onze eigen mislukkingen te beoordelen. 4.81
89 Mensen hebben een beetje een ingepakken neiging, dat weten we uit de sociale psychologie, om hun successen aan zichzelf toe te schrijven. 4.35
90 Aan hun eigen vaardigheden, aan hun eigen inzet, hun eigen talent, et cetera. 3.93
91 Maar hun mislukkingen wat meer extern te attribueren, zoals dat dan heet. 4.05
92 Dat is pech, dat zijn de omstandigheden geweest, et cetera. 3.71
93 Als je dat doet als schaker natuurlijk, dan ga je ervan uit dat je afgelopen winstpartijen dus inderdaad een reflectie zijn van je vaardigheid. 4.91
94 Maar de paar keer dat je verloren hebt in het recente verleden, en dat heeft je ranking mee bepaald, dat dat eigenlijk gewoon pech was. 3.81
95 Een openingszet die niet goed had uitgepakt, et cetera. 4.0
96 En dus ja, als dat de manier is waarop je denkt, en zo denken mensen, dan is het heel logisch dat je ervan uitgaat dat je ranking die je op dit moment hebt, eigenlijk een beetje een onderschatting is. 4.15
98 Stel, je bent een chirurg en je overschat je kunnen. 25.13
99 Nu, ik neem aan dat een chirurg goed weet wat hij kan en niet kan. Dan kan dat schadelijk zijn. 5.66
100 Maar misschien is het ook, dat soort misplaatstelvertrouwen is misschien nuttig, omdat je anders nooit iets zou durven doen. 4.48
103 Er zijn inderdaad bepaalde contexten, bepaalde settings waarin je toch echt niet zou willen dat mensen zichzelf overschatten. 4.85
104 En zoals je zegt, een chirurg is waarschijnlijk goed getraind en die weet wellicht redelijk goed. 8.07
105 Laten we hopen dat dat vooral toppers zijn die zichzelf heel accuraat kunnen inschatten. 3.94
106 Maar de doorsnee beleggingsadviseur, daar zou ik dat al niet van durven zeggen bijvoorbeeld, die met jou of mijn geld gaat spelen. 3.78
109 Dus daar zou wel wat zelf overschatting kunnen spelen. 4.19
110 En dat kan dan hier en daar eens tot een financiële crisis leiden, nietwaar. 4.82
111 Maar het is zeker ook zo dat het feit dat we onze successen aan onszelf toeschrijven en onze mislukkingen aan externe omstandigheden, dat helpt inderdaad om dingen te durven die misschien niet altijd even realistisch zijn, maar af en toe toch goed kunnen uitpakken. 4.34
116 Ik heb dus een pompbak die stinkt en ik wil hem uit elkaar halen. 3.47
118 Met YouTube kan dat allemaal tegenwoordig, gelieven. 6.77
120 Maar ik denk dat ik dat zonder YouTube kan. Dat is het probleem. 4.44
122 Ik bedoel, dat is iets wat ik tien jaar geleden nooit aan begonnen zou zijn. 3.61
130 We zijn allemaal bovenpetters, blijkt, maar weer uitnieuw onderzoek. 12.61